in schilderwerk
Doen alsof, het is bijna zo oud als de kunst van het bouwen.
Imitatie van natuursteen
op een bakstenen muur is begrijpelijk: dat is om duur te doen.
Maar waarom werd
baksteen
vaak dun gepleisterd, rood geschilderd en door het
tekenen van witte voegen het uiterlijk gegeven van een bakstenen muur? Dat was het toch al?
Het gaat om de perfectie: wanneer de bouwer het echt mooi wilde hebben liet hij de stenen op
kleur sorteren, want ze kwamen met allemaal net een ander kleurtje uit de
steenoven.
Zo kreeg je gevels met heel weinig kleurverschil. Wanneer dan ook nog de stenen zo bij elkaar gezocht
werden dat ze goed pasten,
dan konden ook de
voegen
heel strak worden. Het resultaat: een heel keurige muur.
Maar je kunt ook doen alsof: schilder een mooie muur op slordiger metselwerk en op afstand lijkt
het heel wat.
In de Middeleeuwen (en vaak ook nog na die tijd) waren belangrijke gebouwen niet altijd, maar wel heel vaak van
binnen en van buiten helemaal geschilderd. Uit het voorgaande blijkt dat die schildering heel eenvoudig kon zijn.
De oude muurafwerking is soms nog te vinden op beschutte plekken, zoals onder dakgoten. Zeker wanneer een deel
van een gevel door een
aanbouw
uit het zicht verdween, is er kans op interessante sporen. De geschilderde voegen
blijken het onderliggende patroon niet altijd braaf te volgen: er is dan sprake van
schijnvoegen.
Tekst: Jean Penders, 05-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders